Doorgeefcolumn
NAOBERSCHAP IN ROTTERDAM

Met deze keer:
Dick Mol
Directeur-bestuurder Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam (SOR)
Iedereen komt op enig moment op een leeftijd waarop je gaat nadenken over de vraag: hoe zie ik mijzelf oud worden? Kan dat in mijn huidige woning, in deze omgeving? Of is het verstandiger op zoek te gaan naar iets dat beter aansluit op mijn toekomst? Ook voor mij is die tijd aangebroken, en ik heb het van nabij meegemaakt met mijn eigen ouders. Zij verhuisden enkele jaren geleden van een vrijstaand huis met een hele grote tuin naar een appartement in een seniorencomplex. Achteraf gezien precies op tijd, zou ik willen zeggen. Ze hadden vrij snel na de verhuizing meer zorg nodig dan vooraf gedacht. Mijn schoonmoeder had minder geluk. Zij, maar ook mijn vrouw en ik, waren te laat begonnen met woonplannen maken. Zij kwam uiteindelijk met spoed in een verpleeghuis terecht, 60 kilometer van waar ze altijd had gewoond. Weggerukt uit haar vertrouwde omgeving. Dat wens je niemand toe.
Als directeur-bestuurder van een categorale woningcorporatie – met als doelgroep 55+ – vind ik het heel belangrijk dat mensen op een plek komen te wonen die maximaal aansluit bij de levensfase waarin ze zich bevinden. Ik ben nu in de positie dat ik die plek mee kan helpen creëren. Dat gaat voor mij veel verder dan een dak boven je hoofd. Het is een plek waar wonen, welzijn en zorg nauw met elkaar verbonden zijn.
Hoe ziet die plek er precies uit? We streven bij SOR naar vitale woongebouwen, die functioneren als leefgemeenschappen. Mensen moeten zich er veilig en prettig voelen, een beetje naar elkaar omkijken, lief en leed met elkaar delen en samen dingen doen. Of dat nu een kookclub is, een bingo-avond of een dansmiddag. Dat stimuleren wij als corporatie. Bijvoorbeeld door het ondersteunen van bewoners- en activiteitencommissies. Onze woongebouwen zouden tevens kunnen dienen als een baken voor oudere bewoners uit de directe omgeving. Die kunnen profiteren van de sociale activiteiten daar. En als er professionele zorg nodig is, moeten de bewoners die makkelijk kunnen krijgen, liefst in de directe nabijheid. Een vitale leefgemeenschap is samenredzaam, een combi van bewoners, professionals en vrijwilligers. Ik wil het ouderwetse ‘noaberschap’ uit het oosten een beetje naar Rotterdam halen.
Ben ik nu een idealist? Zeker. Lossen we hiermee de huidige wooncrisis op? Zeker niet. Daarvoor doen we bij SOR andere dingen, zoals het optoppen van onze woongebouwen met extra woonlagen. Maar we zorgen er hiermee in ieder geval voor dat mensen met plezier het tweede deel van hun leven kunnen doorbrengen. Dat hoort wellicht niet direct tot onze huisvestingstaak, maar is wat mij betreft wel onze maatschappelijk opgave. Samen met andere partijen. Wonen, zorg en welzijn horen bij elkaar.